Ik sprak met Ellen over haar loopbaan. Ze vertelde over de moeilijke zoektocht naar een eerste job, over haar passie voor (neuro)psychologie en over hoe mama worden haar perspectief op haar loopbaan heeft veranderd. Het werd een puur interview dat we graag met jullie delen.
Ellen, kan je me eens iets vertellen over je loopbaan? Wanneer werd de keuze voor psychologie gemaakt?
Eigenlijk wist ik al rond mijn 13de dat ik psychologie zou gaan studeren. Ik was al jong diegene waar mensen advies kwamen vragen als ze een probleem hadden. Die rol lag me. En van daaruit ben ik dan psychologie gaan studeren in Leuven.
Ik begon met de insteek “ik ga met mensen werken” maar merkte al snel dat de wetenschappelijke zijde van psychologie me ook wel boeide. Ik was gebeten door alles wat met de hersenen te maken had en hoe je hersenen je gedrag bepalen. Ik wilde leren hoe deze kennis te gebruiken om mensen een beter leven te geven.
Toen ik moest kiezen voor mijn master zat ik dan ook met de twijfel: ga ik nu de onderzoek-kant of de klinische kant uit?
"Ik was al jong diegene waar mensen advies
kwamen vragen als ze met problemen zaten."
Hoe heb je de keuze uiteindelijk gemaakt?
Ik nam een aantal interviews af met mensen uit de onderzoek – en onderwijswereld en uit de klinische - en praktijkwereld. Toen kwam ik er al snel achter dat het lastig is om een job als theoreticus te combineren met klinisch werk. De meeste theoretische psychologen gaan doctoreren of lesgeven aan de universiteit.
Je vindt ze veel minder terug in het klinisch veld. Ik wilde iets doen in de wereld van elke dag. Van hieruit koos ik voor klinische psychologie en ik deed er de minor gedragsneurowetenschappen ook nog bij om zo toch nog die theoretische basis mee te kunnen pikken. Later volgde ik nog een opleiding tot leerkracht omdat ik ontzettend graag met groepen werk en nog enkele jaren later koos ik voor een postacademische vorming in de klinische neuropsychologie. Op dit moment ben ik bezig met een postgraduaat contextuele gedragstherapie. Je hoort het al. Ik vind het allemaal zo interessant en doe aan levenslang leren. En dat alles interessant vinden is een zegen, maar soms moet ik bekennen ook een beetje een vloek.
"Ik wou iets doen in
de wereld van elke dag."
Na mijn afstuderen van de universiteit begon ik meteen te solliciteren. Ik wilde dolgraag in een kliniek werken en met neuropsychologie bezig zijn. Maar in de praktijk was het niet zo simpel om aan een job als psychologe te geraken. Tijdens mijn proclamatie hoorde ik dat er maar 50 à 60 procent van de afgestudeerden ook echt als psycholoog gingen werken. Ik solliciteerde dus ruim en ging ook voor jobs als opvoeder of maatschappelijk assistent… Mijn map van sollicitaties werd alsmaar dikker en dikker. Geloof het of niet maar op enkele maanden tijd deed ik makkelijk tussen de 100 en 150 sollicitaties… Allemaal zonder resultaat. Ik werd telkens niet weerhouden omdat mijn diploma te hoog was of omdat ik te weinig ervaring kon voorleggen.
Dus ging ik allerhande interim jobs doen die ik eigenlijk nog wel leuk vond. Ik was administratief bediende in een bedrijf dat zich bezighield met airco’s en ventilatie. Ik stond aan de groenten in de lokale buurthandel. Ik werkte eventjes in een callcenter en deed een vervanging in een fabriek.
"En dan kom je op een punt dat je denkt:
ok, het gaat niets worden voor mij als psycholoog."
En dan kom je op een punt dat je denkt: ok, het gaat niets worden voor mij als psycholoog. Ik moet gewoon een andere kant uit. Ik solliciteerde voor een vaste job als uitzendconsulente en die job kreeg ik. Ergens bleef er wel een stemmetje zitten dat zei “je gaat je psychologie droom toch niet zomaar opgeven”. Dus zo nu en dan waagde ik mijn kans nog een keer en solliciteerde ik. En plots had ik beet! Ik vond een job als psychologe bij de gevangenis in Wortel. Ik stond in voor de psychologische inschatting van gevangen en gaf advies rond vervroegde vrijlating.
Na een tweetal jaar in deze job liep ik tegen enkele zaken aan: ik kon niet bezig zijn met mijn passie neuropsychologie, de structuur waarin ik werkte voelde nogal log en hiërarchisch en ik voelde dat ik niet helemaal een match had met mijn waarden.
Op dat moment deed er zich een fantastische opportuniteit voor. Er ging een nieuw revalidatiecentrum open in Turnhout. Ze zochten een neuropsycholoog en je mocht er meebouwen aan het beleid. Ik solliciteerde, kreeg de job en kwam terecht in warm en multidisciplinair team. Het voelde echt als thuiskomen.
"Ik had ergens het idee dat ik pas een
goed mens was als ik alles zou doen om zoveel
mogelijk mensen te helpen in hun leven. "
Na een tijdje vooral ingezet te worden op onderzoek en revalidatie, begon ik het therapeutisch begeleiden van mensen te missen. Daar komt bij dat ik klierkoorts kreeg. Mijn uithoudingsvermogen ging achteruit en de twee uur reistijd naar Turnhout begon door te wegen.
Dus ik ging op zoek naar een job dichter bij huis en vond die bij de MS kliniek in Overpelt. Ik begon in Overpelt met het idee “dit gaat het zijn voor de rest van mijn carrière”. Ik kon er bakken bijleren en de rol van neuropsycholoog en klinisch psycholoog combineren. De eerste 4 jaar ben ik daar oprecht heel gelukkig aan het werk geweest.
Enkele jaren eerder was ik naast mijn hoofdjob begonnen met een job als psycholoog in bijberoep. De combinatie van een full-time job met mijn beroep was met momenten wel zwaar. Ik had ergens het idee dat ik pas een goed mens was als ik alles eraan zou doen om zoveel mogelijk mensen te helpen in hun leven. De keerzijde was dat ik s ’avonds onderweg vaak een worstenbroodje at in een tankstation zodat mijn maag een beetje gevuld was voor ik om half 12 mijn bed in kon kruipen. Op het gebied van zelfzorg was dit niet ok. Toen we gingen bouwen, zette ik mijn bijberoep stop en op dat moment leerde ik dat ik beter werd in mijn job door ook de ruimte te nemen om voor mezelf te zorgen.
En wanneer heb je dan beslist dat je toekomt elders lag?
Gedurende mijn tijd in de kliniek veranderden er wat zaken. Het algemene ziekenhuis integreerde met de MS kliniek. Dit zorgde voor een andere werkwijze. We werden geconfronteerd met termen als KPI’s en dit bracht een andere werkwijze met zich mee.
Ik denk dat de klik er kwam er op een moment in de kliniek toen ik een sessie had met een cliënte die ernstig ziek was. Ik volgde haar al een lange tijd en omwille van pijn en achteruitgang besloot ze op een bepaald moment voor euthanasie te kiezen. Ik zag haar op een gewone drukke dag met 14 à 15 patiënten op de planning. Ze vertelde me dat het die avond zou gebeuren. Dat ze er de dag erna niet meer zou zijn. Je moet dan zo'n intens afscheidsgesprek afronden op een half uurtje. En terwijl ik haar na het gesprek met haar rolstoel de gang uit duwde, hoor ik mezelf tegen de volgende cliënt zeggen “kom maar binnen hoor”.
"Ik voelde in alles dat deze manier
van werken niet meer bij me aansloot."
Ik voelde in alles dat deze manier van werken niet meer bij me aansloot. Ik kon niet meer de kwaliteit van zorg kon bieden die ik wou bieden. Daar kwam nog eens bij dat ons team de laatste jaren ook verschillende keren veranderde en dat ik in mijn zwangerschap geconfronteerd werd met complicaties door stress gelinkt aan de hoge werkdruk… Op dat moment moet je verplicht vertragen vanuit zorg voor je kind. En natuurlijk verandert het hebben van een kind ook veel in je prioriteitenlijstje. Dus er hebben verschillende zaken meegespeeld in mijn keuze om uiteindelijk te stoppen bij de kliniek.
En dan besef je “dit is het niet meer”, maar hoe ga je dan verder?
Ik vond het een lastig proces. Er is een fase geweest waarin het niet zo goed met me ging. Ik wist niet meer waarheen en werd overspoeld door de werkdruk. Ik startte met leertherapie en heb zelfs even op het punt gestaan mijn job als psycholoog overboord te gooien. Later besefte ik dat het een weglopen was van alles wat zo pijn deed.
Ik ben mezelf de vraag gaan stellen wat wil en kan ik nog betekenen in deze maatschappij? Enerzijds wilde ik therapeutisch blijven werken want dat doe ik ontzettend graag. Daarnaast wilde ik ook mensen aanspreken die meer op zoek zijn naar algemene tools om hun leven te verrijken. Denk maar aan mensen helpen om een burn-out te voorkomen, bedrijven helpen het beste uit hun mensen te halen of chronisch zieke mensen ondersteunen om terug te re-integreren in hun job en ook in de maatschappij…
Die combi vond ik bij Anthentiek. Ik werk hier nu een even en merk dat ik terug met veel ideeën in mijn hoofd zit. Dat had ik in mijn vorige job niet meer. Ik vind de verschuiving van een logge hiërarchische structuur naar een kleine dynamische setting met gelijkgestemden ook een verademing. En als ik heel eerlijk ben Ann, wist ik ook wel een beetje waarvoor ik koos, want we kennen elkaar.
Ik voel ook dat ik de ruimte ga krijgen om nieuwe dingen te leren en beleven en daar heb ik heel veel goesting in. Ik ben deze week begonnen met het uitwerken van een training rond time-management en uitstelgedrag en geniet ervan om mijn neuropsychologische achtergrond en kennis van het brein hierin te verweven.
"Ik voel ook dat ik de ruimte ga krijgen om
nieuwe dingen te leren en beleven en
daar heb ik heel veel goesting in."
Heb je eigenlijk tips voor mensen die vastlopen in hun loopbaan?
Ik denk dat het helpt om duidelijkheid te krijgen over de prioriteiten in je leven. Waar wil je dat je leven om draait zonder dat je daar al specifiek een job aan moet vasthangen. Een waarde als “iets betekenen voor een ander” kan je immers net zozeer uitvoeren in een job als taartenbakster als in een job als psycholoog.
Probeer je dus nog niet toe te spitsen op wat ik ga ik nu in hemelsnaam doen maar ga eens kijken naar wat heb ik nodig in mijn leven? Wat voor iemand wil ik zijn opdat ik op mijn sterfbed kan terugkijken en zeggen “awel ja, het was mooi’.
Voor mij heeft ook het besef “ik ben niet getrouwd met mijn werk” gewerkt. Dat gaf me vrijheid omdat ik ergens met de overtuiging zat “als je voor een job kiest dan blijf je die je leven doen”. Ik had dan ook allerhande regeltjes over “trouw blijven aan je werkgever”. Ik weet nu dat trouw blijven aan mezelf zoveel belangrijker is dan het volgen van zulke regeltjes.
Je bent intussen ook mama geworden. Heeft dat je loopbaan en leven beïnvloed?
Ik vind dat het je perspectief en je prioriteiten verandert. Ik begrijp nu beter dat mensen een job kiezen die het hun mogelijk maakt om rond 9 uur aan de schoolpoort te staan. Ik voel stiekem ook dat er andere zaken zijn die er meer toe doen als mijn job.
Voor mij is het in de eerste plaats belangrijk dat ik mijn kind goed kan opvoeden en daarna komt het doen van een leuke job waarin ik ook iets bijdraag aan de maatschappij. Ik kan zeggen dat ik voor mezelf een goed evenwicht heb gevonden in mijn verschillende rollen als mama, partner en psycholoog.
Laatste vraag voor je Ellen. Hoe wil je zelf in je rol als loopbaancoach en therapeut staan binnen Anthentiek?
Aan de ene kant wil ik een houvast zijn, een steunpilaar, een plaats waar mensen zichzelf kunnen zijn. Daar tegenover staat dat ik hun ook wil kunnen inspireren om de beste versie van zichzelf te worden.
Ik heb daar bakken inspiratie voor, ik ben creatief en gebruik humor. Ik wil er ook een fijne tijd van maken met hen. En natuurlijk is er ook ruimte voor verdriet, voor huilen…
Ik ben ook van het concretiseren, door cliënten van vage visies of ideeën naar concrete stappen te brengen en hen te helpen in beweging te komen. En als dat nog niet aan de orde is, dan is dat ook ok, dan doen we dat nog niet. Ik wil gewoon mee op pad gaan, een klein of groot deel uitmaken van het leven van mensen. Het zou tof zijn als ze zeggen dat ik hen veiligheid bood, meer helderheid gaf en dat ze na ons traject vrede hebben kunnen vinden met zichzelf.
Comments