Ik had een gesprek met Massimo, één van de bezielers van UAU collectiv, een architectenbureau met bekendheid tot buiten onze landsgrenzen. We spraken over de atypische weg die Massimo tot hiertoe aflegde, over de liefde voor architectuur en voor zijn gezin
Massimo, kan je vertellen hoe je Kurago kent?
Ik sta in voor de HR. Samen met de andere vennoten voelden we aan dat onze communicatie niet helemaal goed zat. We kozen ervoor het oplossen hiervan over te laten aan professionals. Jullie hebben een traject op maat uitgestippeld, het traject goed opgebouwd, gewerkt rond verschillende thema’s… Vooral de dag rond vier kleuren communicatie heeft ons veel gebracht. We begrijpen elkaar nu beter en passen wat we geleerd hebben echt toe. We zijn er dankzij jullie onderzoek ook achter gekomen dat we het op het gebied van communicatie toch niet zo slecht deden als we wel dachten. En al die tips, zoals de wekelijkse newsflash, daar hebben we wel echt iets aan.
Ik ben ook hier om je te interviewen over jouw loopbaan voor loopbaankronkels. Het doel is om mensen te inspireren, hen te laten zien dat ieders loopbaan kronkelt. Dus laten we beginnen bij het begin, bij je middelbare schoolperiode.
Ik studeerde aan het Sint-Jan-Berchmanscollege van Genk. De stap naar humaniora was vrij ongewoon. Voor de kinderen uit de gemeenschap waar ik vandaan kom, was studeren niet altijd weggelegd... Je koos voor een technische richting en je ging daarna werken op de Ford.
In het begin werd ik ook uitgelachen als “pietje allesweter”. Maar eerlijk gezegd kon ik daar wel mee om. Ik kreeg ook snel andere vrienden in de nieuwe school.
Vanaf wanneer wist je eigenlijk dat je de kant van architectuur uit wou?
Ik had verschillende keuzeopties die gingen van kinesitherapie, tot ingenieur of architectuur…
Toen ik me ging verdiepen in wat elke richting nu precies inhield, voelde ik me het beste bij architectuur. De combi van theorie met een stevige dosis praktijk sprak me echt aan. Ik kon ook goed tekenen. In het middelbaar werden mijn tekeningen vaak vooraan in de klas opgehangen.
Maar toen kwam het PMS aankloppen, ze riepen mijn ouders naar school en zeiden “uw zoon kan geen architectuur studeren want hij heeft te weinig wiskunde gehad”. Gelukkig had ik ouders die me steunden. Ze zeiden rechtuit: “na de lagere school zeiden jullie dat onze zoon technische moest doen, hij koos voor humaniora en is intussen tweede van de klas. Waarom zouden we hem nu niet de kans geven zijn droom achterna te gaan?”
Zelf haalde ik kracht uit dat soort dingen. Als mensen niet in me geloven, denk ik “fuck off en toch ga ik slagen”.
"als mensen niet in me geloven,
denk ik en toch ga ik slagen"
Omdat ik ging studeren, had ik ook zakgeld nodig. Mijn ouders stimuleerden me om in het weekend op die ‘bewuste’ Ford te gaan werken. Mijn vader werkte daar toen als magazijnier en vroeg hen stiekem me het vuilste werk dat er was te geven. Dus ik bracht mijn weekends door met het kuisen van ovens. Ergens werkte dat wel ontzettend motiverend, want hierdoor wist ik “dat wil ik zeker niet doen voor de rest van mijn leven”.
En hoe viel de studie architectuur mee toen je eenmaal startte?
Goh, ik merkte toch wel ergens dat ik een bepaalde achterstand had. Ik kan het niet goed uitleggen, maar ik werd omringd door zonen van dokters, notarissen en burgemeesters. Eigenlijk door de rijkere klasse. Ik was eigenlijk de enige “vreemdeling” op school. Ik zag er ook anders uit, ik had lang haar, 2 oorbellen… Leerkrachten gaven me opmerkingen als “komt gij hier op onze school zitten?” of “wat eet gij bij uw thuis: aardappelen of?”.
"ik was de enige 'vreemdeling' op school"
Het eerste jaar slaagde ik niet. Mijn praktijk was heel goed. Ik kreeg zelfs als eerste ooit een vrijstelling voor praktijk. Ik verloor mijn eerste jaar omdat ik het gewoonweg niet tof vond om naar vakken zoals wiskunde, fysica en chemie te gaan. Ik bracht mijn tijd veel liever door in de bibliotheek. Ik wilde de achterstand die ik voelde wegwerken. Ik wist niet wie Le Corbusier was, wat Bauhaus was of wat de modernisten deden. Ik verslond boeken. En ok, dat jaar heb ik mijn lessen verwaarloosd maar tegelijkertijd heb ik ontzettend veel geleerd. Ik vraag trouwens nog steeds elk jaar een boek met kerst.
"Het eerste jaar slaagde ik niet. Ik bracht mijn tijd liever door in de bibliotheek dan in de les"
Vanaf het 2de jaar vond ik wel mijn weg in het studeren. Ook de tegenkanting van de docenten, sloeg om naar iets positief. Ze zagen dat ik talent had en ik werd hoe langer hoe meer als één van de beteren aanschouwd. Zo werden mijn maquettes aan de kant gehouden bij jury’s… Al leverde dat dan weer vervelende situaties op bij medestudenten. Op het derde jaar was er een wedstrijd om in het 4de jaar op Erasmus te gaan. Ik deed mee want ik wilde niets liever dan naar Milaan gaan. De dag van de wedstrijd zag ik dat mijn wand, de maquettes die ik gemaakt had volledig geruïneerd waren… Iemand had alles volledig afgebroken!
Hoe ga je met zoiets om?
Ja je wordt boos, je weet niet wie het gedaan heeft… Maar tegelijkertijd gaven dit soort dingen me de kracht om vaker mijn middenvinger uit te steken. Ik had een groepje vrienden die ik volledig vertrouwde en dat zijn vandaag nog altijd mijn vrienden.
Ik ben gelukkig toch naar Milaan kunnen gaan en slaagde erin om mijn laatste jaar af te ronden met grote onderscheiding. Ik ben fucking perfectionistisch, ik ben een strever… Ik wil me bewijzen naar iedereen die ooit dacht dat een toekomst in de architectuur niet voor me zou zijn weggelegd.
De meeste studenten uit mijn jaar solliciteerden bij Bart Lens. Dat was “de man” in mijn tijd. Zelf solliciteerde ik niet, omdat ik niet geloofde dat ik daar aangenomen zou worden. Diezelfde Bart Lens zetelde in onze eindjury. Ik deed mijn presentatie zoals ik ze nog steeds doe, temperamentvol en eigenzinnig. Ik had met schetsen en veel kleur gewerkt. Ik verwerkte interieur in mijn opdracht, terwijl iedereen zei dat niet te doen en me “enkel op de architectuur” te richten. De dag na de jury opdracht kreeg ik telefoon van Bart Lens the man himself. Hij wilde met mij praten. En zo mocht ik na mijn studies meteen bij hem beginnen zonder dat ik ooit gesolliciteerd had.
Dus dat was je eerste werkervaring. Hoe was die?
Ik heb bijna 10 jaar bij Lens mogen werken en dat was fantastisch! Maar aan de andere kant ook heel zwaar. Mijn werkgever toen was oprecht geniaal, een kunstenaar… Maar je werd er wel voor de leeuwen gegooid, je moest gewoon je plan trekken. En daar word je op school niet op voorbereid.
Ik groeide langzaam uit tot zijn rechterhand en werkte in parallel ook voor mezelf. Ik kreeg meer en meer opdrachten en de combinatie van voor mezelf werken en bij Lens begon zijn tol te eisen. Ik moest vaker om 5 uur ‘s ochtends op kantoor zijn zodat ik gebrieft kon worden. Het gevolg was dat het moeilijk was om een privé leven erop na te houden. Ik kon geen vriendin houden, door de week gaf ik alles aan Lens en in het weekend werkte ik door aan mijn eigen projecten. Toen kwam ik mijn huidige vrouw Karin tegen. Ik wilde haar niet kwijt, zij was anders als andere ex-vriendinnen die ik had gehad. Ze zette me aan tot nadenken zonder me te willen veranderen, gewoon door me de juiste vragen te stellen net zoals mijn moeder ooit deed. Zo kwam ik tot het inzicht dat ik anders wilde. Ik ging eerst 4/5de en vervolgens 3/5de werken bij Lens in combi met mijn eigen werk… Tot ook dat niet meer haalbaar was.
"Ook al vond ik dit werk fantastisch, het was ook heel zwaar. Dit maakte het moeilijk om er een privé leven op na te houden"
Ik stapte naar mijn werkgever om in overleg te gaan over de toekomst. Ik wilde blijven, mijn werk bij hem onderbrengen, iets samen opbouwen. De communicatie liep echter moeilijk dus we besloten dat onze wegen zouden scheiden.
Wist je toen al hoe verder?
Nee, onze samenwerking stopte eigenlijk redelijk abrupt. Dat was 2 november 2010. Fuck, dat vergeet ik nooit. En ik had nog niks anders. Dus ik besloot om Mass Architects te beginnen in 2011. Ik stond er alleen voor, maar kreeg al snel veel werk binnen. Ik kreeg zo'n mooie kansen in die periode, van mensen die me echt vertrouwden. De zaak groeide, hup 1,2,3,4,5,6 mensen aangenomen op 4 jaar tijd. Eerst werkten we in ons appartement. Telkens als mijn vrouw thuiskwam, moesten we alles opruimen. Uiteindelijk verhuisden we naar de benedenverdieping van ons appartementsgebouw. En je moet weten ik had geen rijke papa die zei hier heb je zoveel duizenden euro’s, pak maar eens een risico. Nee telkens ik iemand aannam moest ik 10 000 euro investeren, alle programma’s aankopen terwijl die persoon pas later iets zou opbrengen… Altijd opnieuw kwam je op een punt van stress, teveel werk, ga ik iemand aannemen of niet om dan toch te beslissen… Uiteindelijk heb ik 6 keer goed gegokt, die mensen zijn begonnen en ik heb ze altijd werk kunnen geven. Dus je groeit en toen kwam ik op een punt van ik kan die druk alleen niet meer aan.
"Altijd opnieuw kwam je op een punt van stress, teveel werk,
ga ik iemand aannemen of niet…
Die druk kon ik alleen niet meer aan."
Bedoel je het zaakvoerderschap?
Ja… Elke keer moest ik zelf beslissen “wat gaan we doen”? Je wordt geconfronteerd met de ups & downs, van teveel werk naar weer minder werk, van hoe gaan we dat allemaal opvangen… En ja nu kan ik wel zeggen, die zorgen bleken niet nodig. Maar als mens ben je op dat moment toch bezorgd of alles wel gaat lukken.
En hoe ging je dan met dat soort zorgen om?
Slapeloze nachten… maar vanuit het verleden wist ik wel “ok, ik kan alleen staan”. Ik dacht goed na voor ik beslissingen nam en heb me snel omringd door een raad van advies van andere zaakvoerders. Op een dag kreeg ik een mailtje van Joris. “ Ey Massimo, ik heb een aantal dossiers en ik wil die graag met u samen doen”. We hebben afgesproken en onmiddellijk was er een ongelooflijke klik. Vanaf dat moment had ik een grote broer, iemand die me advies gaf. Iemand met een hele andere insteek.
Hoe bedoel je dat?
Joris is met financiën bezig, die maakt stedenbouwkundige modellen die rendabel zijn voor een ontwikkelaar maar waar ik en Frits vandaag ook iets mee kunnen doen. En dat is gewoonweg geniaal, want die kennis had ik niet in de vingers…Hij gaf me informatie dankzij zijn jarenlange ervaring die ik niet had… En ik gaf hem een verjonging, een vernieuwing in zijn architectuur… We vullen elkaar aan.
En toen kwam Frits erbij. We kenden elkaar al wel vaag, want we concurreerden met elkaar in wedstrijden. Frits had zijn bureau gevestigd in Brussel. Hij had een hele andere mindset, internationaal, met veel allure…Ik keek daar heel erg naar op. Tijdens een gezamenlijke wedstrijd belde hij me om elf uur s’avonds met de melding: “seg, kunt ge niet ff langskomen, ik heb een idee”. Dat is typisch Frits. Frits kent weinig structuur of agenda. Waarop ik zei: laten we morgen om 9 uur afspreken. En de rest is geschiedenis. Ook Frits kwam er als grote meerwaarde bij.
De projecten die we met ons 3 begonnen te doen waren meteen vuurwerk. Ons eerste grote project was het stadhuis van Hasselt, met later ook het Hashotel erbij. We begonnen samen onder de naam UAU collectiv en kozen om er samen voor te gaan, samen risico’s en kennis te delen.
"De projecten die we samen deden waren meteen vuurwerk. We besloten er samen voor te gaan"
En vandaag lukt dat nog steeds, we vertrouwen elkaar blindelings, we noemen elkaar zelfs broers. Ieder heeft zijn eigenheid. Joris is onze calculator. Hij doet de stedenbouwkundige oefeningen, beheert onze financiën. Frits is onze filosoof. Hij haalt inspiratie uit elke boom, is ontzettend creatief en geeft onze projecten zo een unieke kwinkslag. En ik, ik zit daartussen in. Ik ben de duwer. Ik zorg ervoor dat zaken op de wereld komen.
En als ik je zou vragen naar de moeilijkste momenten in je loopbaan, wat zijn dit dan?
De overgang van Lens naar Mass architects, het gevoel hebben om er alleen voor staan. En ok, dan stap je in UAU collectiv en kan je de risico’s delen, maar dan worden de projecten complexer en groter, de risico’s groter en vandaag zijn we met 30 man. En dan kom je bij mijn grootste zorg vandaag. Vandaag moeten we 30 mondjes voeden en ik voel me heel verantwoordelijk voor mijn mensen.
Toen ik net met UAU collectiv begon was het ook een moeilijke periode. Net getrouwd, mijn dochter Alessia was pas geboren, we waren aan het verbouwen, mijn zoontje Christian was op komst…Het was veel tegelijk. Toen ben ik even gecrasht en op spoed beland met lichamelijke klachten, maar goed daarna heb ik uiteindelijk weer rust gevonden.
En hoe heb je dat gedaan?
Dat weet ik eigenlijk niet. Ik ben vrij positief ingesteld en heb het geluk dat dingen meestal wel goed uitdraaien. Ook haal ik veel uit de steun van Frits en Joris. Zo weten ze dat ik jonge kinderen heb en is het ok dat ik soms eerder vertrek om hun bijvoorbeeld van school te halen. Ze nemen het dan van mij over, maar andersom is dat ook zo. Ook mijn gezin is ontzettend belangrijk voor me. Karin steunt me, ze houdt me met beide voeten op de grond en tegelijkertijd laat ze me toe een dromer te zijn.
Je bent niet alleen vennoot. Je bent ook partner en papa van 2. Hoe combineer je alles?
Die vraag krijg ik vaak omdat ik naast dit alles ook nog muzikant ben. In alles wat ik doe, wil ik heel erg goed zijn. Gelukkig heb ik bandleden die er ook zo in staan, waardoor we semi-professioneel met muziek bezig zijn. We treden op voor grote bedrijven als Coca-Cola. Dat vraagt repeteren. Daarnaast ben ik ook een sociaal iemand. Ik zat bij de Ronde Tafel, nu club 41, verschillende verenigingen en neem snel allerlei verantwoordelijkheden op me. Dus ja, ik heb een drukke agenda. Eigenlijk al van jongs af aan. Op mijn 12de was mijn agenda al gevuld met Italiaanse les, school, voetbal, muziekschool… Dus hup boterhammen mee in de auto van hier naar daar.
Toen ik 30 werd, kwam ik mezelf wel tegen en voelde ik dat ik keuzes moest maken... Ik koos ervoor de prioriteit te leggen bij mijn job – mijn levensbron, mijn muziek – als uitlaatklep en mijn gezin – mijn thuis. Ik ga graag naar huis en heb geluk met Karin. Zij is de motor van ons gezin, neemt initiatief, regelt de agenda van ons huishouden en ontfermt zich over de kinderen. Ze geeft me mentaal heel veel rust.
"Toen ik 30 werd,
kwam ik mezelf wel tegen
en voelde ik dat ik keuzes moest maken..."
En natuurlijk ben ik soms gestresseerd als ik thuis ben en daardoor niet altijd de happy papa. Maar Karin hoeft me dan maar 1 blik toe te werpen en dan heb ik het door. Ze helpt me evenwicht te vinden.
Ik heb nog een laatste vraag voor je. Stel je voor dat je ooit met pensioen gaat, wat hoop je dat je klanten dan over je zeggen?
Dat er een vriendschap is ontstaan. En dat ze gelukkig zijn met wat ik gemaakt heb. Ik teken wat in mijn hoofd zit, nadat ik eerst heel goed geluisterd heb naar wat zij willen. Als ze niet gelukkig zouden zijn, dan ga ik kapot man. Ik moet fier kunnen zijn als ik ergens voorbij rijd. Ik kick erop als mensen eerst kritisch zijn en vervolgens zeggen “maaa sjiek jong’. Die reactie is verslavend. Ik wil dingen creëren die een meerwaarde zijn voor de context, de gebruiker, voor mijn klanten, voor iedereen.
"Ik wil dingen creëren die een meerwaarde zijn"
En wat zou je willen dat je medewerkers van je zeggen?
Zowel Joris, Frits als ik hebben moeilijke leermeesters gehad. We werden met momenten hard aangepakt, maar dat heeft ons wel gesterkt en gebracht tot waar we nu zijn. Toch proberen we het anders te doen. Hier wordt nooit geroepen. We willen niet dat medewerkers ons herinneren als niet luisterend, geen kansen gevend… Daarom heten we ook UAU collectiv. De nadruk ligt op het collectief. We willen iedereen een platform geven, kansen geven om te groeien.
Zelf zou ik het fantastisch vinden als ik op pensioen ben en dan langs een nieuw gebouw van UAU collectiv rijd, waar ik helemaal niets mee te maken heb, dat ik dan onszelf erin zie. Waar iemand anders zou zeggen “oeh dat is plagiaat”, zou ik het alleen maar sjiek vinden dat we een nalatenschap heb meegegeven, dat ze ons gedachtegoed doorzetten in een ander tijdperk met hun eigenheid.
Dankjewel Massimo voor je tijd, je vertrouwen in Kurago en dit inspirerende interview…
Comentarios